Gargilesse, 1 juni 2006
Etappe 6

De noordelijke tak van de Voie de Vezelay a Compostele zit er op. De eerste 258 km van de route.
Vandaag een korte maar zware etappe met felle klimmetjes er in, op een bospad langs een stuwdam in de Creuse, zo'n pad wat normaal al lastig te beklimmen is, laat staan met een zware rugzak. Ik had mijn stok gelukkig paraat want die helpt enorm om je evenwicht te bewaren. Het was een prachtige tocht, langs de oevers van de Creuse en met een flinke beklimming om hier in dit dorp te komen.
Het ligt heel mooi in het dal tussen de heuvels en ik slaap in het plaatselijke onderkomen voor Pelgrims en dat zo ongeveer het oudste gebouw van het dorp, het is alleen helemaal mooi gerestaureerd en voor dit doel geschikt gemaakt.
Onderweg heb ik in een wijngaard mijn lunche gebruikt, brood, camambert, water en natuurlijk, zoals elke dag lekker frans fruit, vandaag waren het nectarines.

De volgende, ruim 600 km naar de Pyreneën is er maar één route, de zuidelijke tak komt er hier bij dus het zal nu ook wel wat drukker worden. Ginette en Bernard uit Orthez en Roger uit Luxemburg heb ik ook binnen zien komen. Met Henk uit H heb ik ook nog even gebeld maar die heeft nog twee dagen nodig om via de zuidelijke route hier te komen. Het weer is schitterend geworden, nog een enkele wolk maar vooral heel veel zon en dat voelt toch heel anders. Morgen weer verder, op naar Jacobus.

Weer fijne nieuwe schrijvers in het gastenboek, dank daar voor.
Groet,
Theo.

boven

St. Léonard-de-Noblat, 7 juni 2006
Etappe 7

Hallo Allemaal,

Telkens wordt ik verrast door de vele reacties in het gastenboek. Ik voel me alleen maar geweldig gesteund door jullie allen. Dank daar voor.

Na een paar dagen zonder internet ben ik vandaag, 7 juni, aangekomen in St. Léonard-de-Noblat. Een prachtige oude stad die werd gesticht in de 6e eeuw door Léonard de kluizenaar, die in het bos van Pauvain woonde. Een pelgrimsoord dat zich snel ontwikkelde in de 11e eeuw toen de faam van Léonard (beschermheilige van de gevangenen) toenam en zich weldra verspreide over heel Europa. Voor pelgrims op weg naar Santiago de Compostela is St. Léonard een bevoorrechte halte op de route van Vezelay door de Limousin. St Léonard heeft een romaanse kapittelkerk (11e en 12e eeuw). Door de eeuwen heen is St. Leonard vaak geplunderd: voor het jaar 1000 door de Noormannen, door de Paillers in 1183 en daarna door de Brabançons. De Engelse koning Jan zonder Land, trok de stad binnen aan het hoofd van zijn leger in 1214. Eenmaal beveiligd door muren, in de loop van de 13e eeuw, nam de welvaart snel toe, een stadje met rechten en privileges die regelmatig werden bevestigd door de Franse kroon. In 1576 heeft de bevolking van de stad de relieken van St. Léonard verdedigd toen de Calvinisten probeerden deze te vernietigen. Tijdens de Franse revolutie werd de stad omgedoopt tot Tard/Vienne, maar de oude naam kwam snel weer in gebruik. St; Léonard is een centrum voor de landbouw en veeteelt (bakermat voor het ras Limousin) en ook voor handwerkslieden. De rivieren de Tard en de Vienne leverden energie voor de molens voor de leerlooijerijen en de papierindustrie (15e eeuw), de koper en ijzerindustrie. De huizen uit de 16-17-18 e eeuw getuigen van welvaart. In de 19e eeuw kwam de porceleinindustrie en die is er nog steeds. Genoeg over de mooie plaats waar ik nu ben.

Mijn eerste rustdag was na 6 dagen lopen in Bourges. Nu, 11 dagen lopen daarna ben ik aan mijn tweede rustdag toe. De weg van Vezelay gaat veel over kleine karresporen, graspaden en losse kiezelstenen. Slechts enkele stukken gaan over geasfalteerde wegen. Veel internetmogelijkheden kom ik niet tegen. Wel op heel verschillende plaatsen. Ik mailde tot nu toe uit internetwinkels, bij particulieren waar ik logeerde, op de PC van een hoteleigenaar waar ik ook foto's kon mailen. De laatste keer in Gargilesse was er een gratis internet voorziening in het gemeentehuis, (idee voor Hellevoetsluis?) en vandaag zit ik in de plaatselijke bibliotheek.

Gargilesse is een prachtig bergdorp waar we in de Gite van de gemeente konden slapen. Nieuw, modern, van alle gemakken voorzien maar in de oude ruine met schitterend uitzicht. Ik logeerde er weer samen met Bernard en Ginette uit Orthez en Roger uit Luxemburg. Ook ontmoette ik er Bent uit Kopenhagen. Samen met hem at ik Coq au Vin. Hij loopt van Limoges naar Vezelay op zoek naar Maria Magdalena. De da Vinci Code heeft heel wat los gemaakt bij mensen. Ooit liep hij met zijn vrouw van Kopenhagen, via Vezelay en Le Puy naar Santiago. Op cap Finistere kwamen beide tot de conclusie dat het huwelijk over was.
Roger heeft trouwens twee jaar geleden de Spaanse Camino heen en terug gelopen. De ochtend dat ik in Gargilesse vertrok, vonden Bent en Roger elkaar: "Voyageurs Spirituelle". Zij spraken over de bijbel en over ying en yang, dat gesprek heeft nog wel even geduurd.

Mijn tocht ging vervolgens door het dal van de Creuse, de hoogteverschillen worden groter en groter. Al vanaf Vezelay hoor ik dagelijks de koekoek, het gaat kennelijk goed met deze vogel in Europa want rond Hellevoet kun je hem ook regelmatig horen. Die etappe voerde naar Crozant waar ik afscheid nam van Bernard en Ginette, zij gingen naar huis, hun geplande wandeling zat er de volgende dag op. Ik zie hen terug in Orthez waar ik bij ze ga logeren. Ik vertelde al van de karresporen en andere paden en wegen. Wat je allemaal ziet lopen op die wegen hield ik niet voor mogelijk, slakken, insecten, hagedissen en wat al niet meer. Ik ben me daar nooit zo bewust van geweest maar we rijden met z'n allen wat beestjes dood op de weg. Nu ik dat lopend zie, benauwd het me zo nu en dan omdat ik er niet op wil trappen. Dat geldt trouwens ook voor veel bloemen op de paden. Met name op die karresporen tussen de velden, waan ik me in de verleden tijd. Geen modern lawaai, alleen de geluiden van de natuur en je dan te voet voortbewegen is als in vervlogen tijden. De omgeving met veel kastelen, landgoeden en oude stadjes met veel ruine's uit de XI-XII en XIII eeuw dragen daar natuurlijk ook aan bij.

De volgende dag, 3 juni, ging het van Crozant naar La Souterraine, bijna 25 km. Tijdens die wandeling ontmoette ik Rosa (Nancy) weer, ik had haar ook al in Gargilesse gezien. Zij liep samen met Guy uit Belgie en de gebroeders Johan en Servé uit Maastricht. Met hen heb ik samen opgetrokken tot vanochtend hier in St. Léonard. Heel gezellig, veel plezier gehad maar nu verlang ik weer naar mijn eigen tocht.

Inmiddels heb ik 5 departementen gehad, Nièvre, Cher, Indre, Creuse en nu in Haute Vienne.
Van La souterraine ging het op 4 juni naar Bénévant-l' Abbaye, hoog op een berg konden we eten en slapen. Ik maakte voor de hele groep pasta en Cher en groente met een kant en klare saus die alleen nog verwarmd moest worden. Uiteraard ging dit niet zonder dat rode goedje wat ze hier in Frankrijk maken. In de Gite konden we prcies met z'n vijven terecht. 5 juni ging de tocht vervolgens naar Chatelus-le Marcheix, weer meer berg op en berg af maar ik raak hoe langer hoe meer ingelopen. Onderweg kwamen we in Saint-Goussaud een processie tegen wat ons er aan deed herinneren dat het Tweede Pinsterdag was. Gisteren liepen we 26 km naar Lussac, waar we sliepen in de Foyer Jean XXIII bij de nonnen Augustinessen. Lieve en aardige mensen en we hebben er eenvoudig meer heerlijk gegeten. Vanochtend 4 km hier naar St. Léonard de Noblat waar ik dit verslag mee begon. Hier slaap ik vannacht in de Gite van de parochie van de kapittelkerk. Roger was hier de afgelopen nacht en ik heb hem vanochtend even gesproken.

Inmiddels ben ik 371 km onderweg, het voelt goed, de pijntjes zijn weg en ik geniet van de reis van mijn leven met volle teugen. Morgen ga ik naar Limoges, kijken of mijn pakje van Wilma er al is bij de Poste Restante. Tot de Volgende keer.

Groet,
Theo.

boven

Limoges, 9 juni 2006
Etappe 8

Dag allemaal,
Woensdag 7 juni werd een heerlijke rustdag in St. Léonard de Noblat. Na een poosje geïnternet te hebben, nog wat rondgekeken in dat prachtige stadje en op een terrasje gezeten in de zon. Bij de Gite kwam ik Valentin en Rita uit Deinze tegen, met hen heb ik de avond doorgebracht. Saman inkopen gedaan en gekookt en gegeten, voor de verandering maar weer eens pasta omdat het zo goed is voor de spieren. Zij lopen vanuit Deinze voor het Rode Kruis, zie ook www.rodekruisdeinze.be/Santiago. Leuke aardige mensen die ook onderweg al van alles meegemaakt hebben. Op een weg langs het Marnekanaal troffen ze een lege auto, het was slecht weer en er liepen voetstappen in dezelfde richting als die zij liepen. Valentin had al gezegd, we zien zo een visser aan de waterkant. De schok was echter enorm toen ze een eind verderop een man in een boom zagen hangen. Ze hebben nog gekeken of er nog een polsslag was maar dat was niet zo en dus bleef er niets anders over dan 112 te bellen. Ze zijn nog de hele verdere dag bezig geweest met de formaliteieten die daar bij horen en zijn wel goed opgevangen door vrijwilligers. Rita ziet het beeld nog steeds voor zich en dat zal ook nog wel even blijven. Het zal je maar gebeuren, je schrikt je rot. Maar op deze tocht is alles mogelijk.
We hebben de hele avond gezellig zitten praten en vertellen over ons leven, kinderen etc. Valentin is liefhebber en kenner van alles wat met zonsverduisteringen te maken heeft, dat kan je ook op hun site zien. Ze reizen samen de hele wereld af om die zonsverduisteringen te bekijken. Gisterenochtend namen we (misschien voorlopig) afscheid want zij liepen, als zovelen, om Limoges heen terwijl ik er langs de officiële van Chassin door heen ga. Dat moet ik ook omdat Wilma mij een een pakje Poste Restante heeft gestuurd wat ik natuurlijk af moet halen.

Het was om te beginnen schitterend om St. Léonard uit te lopen. Over de oude brug over de Vienne. Door de hoogteverschillen is St Léonard nog heel lang erg mooi zichtbaar. Het bergachtige landschap hier zorgt er overigens steeds voor dat er fraaie vergezichten zijn. Ik ben dan vrijwel alleen op de wereld, alleen met de koeien die mij nakijken. Zeer veel entrecote hier in de wei, koeien, stieren en kalveren bij elkaar. Na een klein gehucht kwam ik langs een poel water die helemaal vol zat met kikkers die een enorm lawaai maakten met hun gekwaak. Als ik al niet doof was dan zou ik het hier van geworden zijn.

Ik heb gisterenochtend één van de zeer vele margrieten geplukt en in de draagband van mijn rugzak gevlochten. Wilma is dol op margrieten en op deze manier is ze vandaag op mijn schouder meegelopen, waar ze overigens elke dag zit, ook zonder margriet.
Dagenlang heb ik, één met de natuur, gelopen door de meest mooie streken van Frankrijk. Ik heb jullie daar het één en ander over geschreven. En dan, dan loop je zo maar een groet stad in, Limoges. Ineens ben ik terug in de echte wereld, terug in de tegenwoordige tijd. Raar.

In Limoges sliep in de afgelopen nacht in de Foyer des jeunes travailleurs maar daar kan ik niet blijven omdat het de komende nachten vol zit. En ik moet blijven omdat mijn pakje er nog niet is. Dus slaap ik de komende nacht(en) in een andere Foyer, in een ander deel van de stad.
Voordeel is dat ik deze stad eens nader kan bekijken, ook hier was ik alleen nog maar langs of door gereden met de auto, op weg naar andere bestemmingen. Een mooie kathedraal in ieder geval.

Deze dagen zijn in Hellevoetsluis de wreld vestingstedendagen. Ik vind het jammer dat ik het mis, maar ik krijg er via foto's etc. nog wel wat van te zien. Ik wens alle Hellevoeters en alle gasten uit de rest van de wereld heel mooie dagen toe.

Groet,
Theo

boven

Thiviers, 13 juni 2006
Etappe 9
Dag allemaal,

De wereldvestingdagen zijn achter de rug en jullie hebben er wat van gemaakt heb ik gehoord en gezien.
Via de Webcam van Hellevoetsluis heb ik de optocht van het Willem en Maryplein over de brug zien gaan, was ik er dank zij Wilma toch even bij.

Twee dagen heb ik in Limoges op mijn pakje gewacht maar toen vond ik het genoeg en zondag ben ik dus weer verder gegaan. In een smoorhete etappe over 31 km naar Les Cars. Onderweg stopte op een drukke weg een Volvo met een franse mijnheer en mevrouw, die uitstapten en mij van alles en nog wat in rap frans begonnen te vragen en mij vooral bon courage toewensten. Dat zijn geweldige momenten. In Les Cars (officiële etappeplaats) was het enige hotel gesloten en andere mogelijkheden waren er niet. Inmiddels was ook Paul van der Hulst uit Overijsse daar aangekomen. Saman hebben we er toen nog maar 9,4 km aan toegevoegd naar Châlus maar toen was de kaars ook helemaal uit.
Dan helpt alleen nog heerlijk bier.

We kwamen in een zeer eenvoudig hotelletje waar we geweldig zijn verwent. Gisteren zijn we daar vertrokken naar La Coquille, daarmee zijn we in de Dordogne aangekomen.
Daar hebben we geslapen bij de nonnen in een klooster met allemaal beelden in onze slaapkamer om ons heen.

Vandaag zijn we, samen met Sylvain en Antonietta die ik al in één van de eerste etappes had ontmoet, verder getrokken naar Thiviers. De warmte maakt het lopen niet gemakkelijk maar ik heb het toch liever dan de kou en de regen.

Groet,
Theo

boven

Perigueux, 15 juni 2006
Etappe 10
Hallo Allemaal,

Gisteren van Thiviers naar Sorges, een korte etappe. Omdat we inmiddels in het departement Dordogne zitten, genieten we van alle geneugten van de Perigord. Het werd dus tijd om Confit en Foie Gras te eten en dat hebben we dus gedaan. De pret duurde voor mij maar kort want direct daarna ontving ik het bericht van het overlijden van Ad Kamp. Dat was een grote schok. Ik wist niet dat hij ziek was. Aan Ad bewaar ik goede herinneringen, zijn inspanningen voor de medezeggenschap en voor de Meubel en Hout sector, zijn van betekenis geweest. Onze samenwerking in de periode dat ik regiohoofd en hij algemeen secretaris was, zal ik niet vergeten. Jammer dat ik nu zo ver weg ben maar dat hoort ook bij deze onderneming.

De laatste dagen wordt het gevoel sterker dat ik gewoon moet doorlopen. Ondanks de pijn, ondanks de warmte en die zal nog wel erger worden, ondanks het slechte slapen, ondanks alles.
Doorlopen dus, want het is prachtig. In relatie met mijn motivatie om dit te doen, ben ik gaande weg ook innerlijk schoon schip aan het maken. Dat voelt goed.
Ik ben nu 27 dagen onderweg vanaf Vezelay. Nog een dag of 16 en ik ben in St.-Jean-Pied-de-Port, het einde van de Voie de Vezelay en het begin van de Spaanse route: de Camino Francès.

In het nieuwe onderkomen voor de pelgrims in Sorges waar we dus gisteren waren, hadden we een onverwacht maar heel leuke ontmoeting met Mme. Monique Chassain, de schrijfster, opstelster van de route die ik loop. Ze was echt geïnteresseerd in onze ervaringen want die gebruikt ze voor nieuwe edities. Zo heb ik haar deelgenoot gemaakt van mijn negatieve ervaring dat het Nederlands Genoodschap van vrienden van Sint Jacob, mij in 2006 een verouderde versie verkoopt van 2003 terwijl er al een nieuwe, verbeterde en meer uitgebreide versie van 2005 in de handel is.
Nog al wat informatie in die 2003 versie klopt niet meer en dat is soms heel vervelend.

De Perigord is onderverdeeld in vier regio's. Het Noorden is de Perigord Vert, van Limoges naar Thiviers liep ik daar voornamelijk door. Een heuvelachtig landschap doorkruist door riviertjes.
Het midden is de Perigord Blanc, de streek waar ik vandaag doorheen ging van Sorges naar Perigueux. Deze laatste is ook de hoofdstad van het departement Dordogne.
Het Zuid-Westelijk deel is de Perigord Pourpre, de nieuwe benaming voor le Pays de Bergerac. In dit gebied van montaigne van Peschamant tot Monbazillac, zijn de wijnen van Bergerac koning en getuigen Franse en Engelse vestingstadjes van de geschiedenis.
Tenslotte is de Perigord Noir de Z-O regio, de streek van de mooie stad Sarlat met zijn folklore geeft toegang tot de préhistorie van het dal van de vezère en de Dordogne. Montignac, Lascaux, Les Ezyzies, zijn bekende plaatsen in die regio. Wilma en ik waren daar twee jaar geleden in Fomperine bij Jaap en dat was erg fijn.

Ik zei al dat de Perigord gastronomisch geweldig is. Het land van de ganzenleverpaté, de truffels, de wijn, de prachtige natuur en kastelen. Ondanks de inspanningen voel ik me hier toch een beetje op vakantie.

Groet,
Theo

boven

La Reole, 20 juni 2006
Etappe 12
Dag allemaal,

Mijn laatste bericht kwam uit Perigueux. Dat is alweer enige dagen geleden. Er is steeds geen internet mogelijkheid, zelfs hier eigenlijk niet. We aten vanmiddag in een restaurant en de ober geeft me de gelegenheid om even te mailen maar daar kan ik ook weer niet al te lang gebruik van maken want ik zit nu gewoon bij hem in de huiskamer.

Dank voor alle reacties in het gastenboek en de felicitaties.

Na Perigueux werd het terrein wat vlakker, het tempo van lopen wordt langzamerhand wat sneller alhoewel ik de laatste dagen nog al last van mijn enkels heb, kijken hoe dat de komende dagen gaat.

Eerst ging het naar Saint Astier waar we sliepen op de camping in een mooie tent. De warmte en de hoge mate van luchtvochtigheid maken lopen er niet gemakkelijker op. We vertrekken vroeg in de ochtend om gebruik te kunnen maken van de koelte. Ik kijk daar naar de 2-1 overwinning van Nederland op Ivoorkust maar ik vind het niet overtuigend. De volgende etappe ging naar Mussidan, de etappes worden lang dezer dagen. De slechtste Gite tot nu toe, we gaan daar niet in. De WC, de keuken en de douche zitten in één ruimte, nee dus, dan maar in een Hotel. Op mijn verjaardag de langste etappe tot nu toe, 34 km naar Sainte Foy la Grande. De plaatselijke Gite zat vol met daklozen, daar konden we dus niet terecht. Dus nog maar een keer in een Hotel. Heerlijk gegeten, in een air conditioned restaurant, dat was een verademing alleen al.

Dat was meteen het einde van onze tocht door de Dordogne, we zitten nu in het departement Gironde met als hoofdstad Bordeaux. Gisteren ging het Sainte Ferme waar we logeerden bij een rechts reactionaire wijnboer die nog het portret van maarschalk Pétain aan de muur had. Wel heel mooi in zo'n oud wijnkasteel, nadat we de hele dag door de wijngaarden hadden gelopen. Vandaag ging het dus naar La Reole aan de Garonne, heel mooi gelegen aan de rivier.

Zo, jullie zijn weer een beetje bij en een volgende keer zal ik wat uitgebreider mailen.

Groet
Theo

boven

Bazas, 22 juni 2006
Etappe 13
Hallo Allemaal,

Gisteren ben ik niet vertrokken in La Réole, mijn linker enkel was nog al opgezwollen en pijnlijk en een dag rust leek mij derhalve voor de hand te liggen. Tijdens die dag bleek mijn lichaam volledig af te kicken, erg veel geslapen, gewoon overdag, heel veel naar het toilet, kennelijk moest het lichaam tot rust komen en ik kon niet anders dan daar aan toe geven. Uiteraard gekeken naar de voetbalwedstrijd Nederland Argentinie. We hebben een goede verdediging maar maken te veel onnodige fouten en spelen zo nu en dan veel te hard. Het zal mij benieuwen hoe het nu verder gaat.

En dan loop ik vanochtend door een gehucht van vier huizen met wat kersenbomen er om heen. Beginnen ineens, naast het gebruikelijke geblaf van de honden, de oudere dames te roepen dat ik moet stoppen en bij één van hen binnen moet komen. Ik krijg van alles aangeboden maar dat is niet nodig want ik ben goed voorzien van alles. Kersen eten is dan wel het minste wat je kan doen bij zulke vriendelijke en gastvrije oude dames. Ook moest ik vooral schrijven in hun gastenboek en kreeg ik een stempel in mijn Credential. Zo'n gastvrij intermezzo in een lange wandeling is natuurlijk een geweldige opsteker.

Overal loop ik langs kersenbomen. Soms is het moeilijk om er bij te komen maar vaak loop ik met een flinke hand vol verder. In jaren heb ik niet zo veel kersen gegeten als dit jaar.

In alle Gite's / Refuge's en op andere plaatsen, bijvoorbeeld bij particulieren die onderdak verschaffen, liggen gastenboeken waarin de Pelerins iets schrijven over hun ervaringen ter plekke en ze spreken hun dankbaarheid uit voor de ontvangst. Het leuke is dat ik steeds weer dezelfde namen tegenkom, soms van mensen die ik niet ken zoals Janneke en Gerlof, die meer dan een week op mij voor liggen en Piet en Aukje uit Veghel en Joep uit Klaaswaal. Maar ook leuk om te zien dat mensen waarmee ik één of meerdere dagen heb opgetrokken, inmiddels twee, drie of vier dagen voor liggen, zoals Roger en Valentin en Rita. De gastenboeken zijn dus leuk voor de mensen ter plaatse die er meestal heel trots op zijn, maar ook voor de Pelerins.

De honden langs de route is een verhaal apart. Ik ben gek op honden en dat is hier een probleem. Gelukkig zitten ze meestel vast op hun erf of achter hekken maar blaffen en grommen doen ze net zo lang als dat ze mij zien. Soms zijn ze met meerderen op een erf en horen en zien vergaat je. Een enkele keer lopen ze los en komen ze vervaarlijk grommend en blaffend met hoge snelheid op je af. Een paar keer heb ik met mijn stok de honden van mij af moeten slaan om niet gebeten te worden en soms helpt ook mijn oude scheidsrechterfluit die ik bij me heb. Slechts een enkele keer komt er één kwispelend naar me toe, zonder te blaffen of te grommen en dan raak ik weer vertederd en hou ik weer van ze.

In het departement Gironde waar ik nu zit, is het lastig en hinderlijk om de Chassin-route te volgen. De bordjes wijzen vaak een andere kant op en in de tekst van de route weet men kennelijk te vaak het verschil tussen rechts en links niet. Dat maakt het noodzakelijk zelf de kaart te lezen en een route uit te stippelen. Vandaag 27 km naar Bazas, ik ben nu uit de streek Entre Deux Mers en ga nu richting Les Landes. Het is hier een glooiend landschap met nog steeds veel wijnbouw maar ook met andere agrarischa producten. De Kathedraal van Bazas is werkelijk bijzonder mooi en het stadje lijkt mij zeker de moeite van een bezoek waard al ben ik hier nog maar een half uurtje.
Inmiddels heb ik dus 7 departementen gelopen en zit de Voie de Vezelay er al voor een groot deel op. Nog 218 km naar St-Jean-Pied-de-Port. Dat betekent dat ik er al 670 km op heb zitten in de maand en twee dagen dat ik onderweg ben.

Groet,
Theo

boven

Mont de Marsan, 26 juni 2006
Etappe 14
Dag allemaal,

Het vorige verslag kwam uit Bazas, daar was ik al vroeg en kon wachten in het internetcafé. Ik wist toen nog niet waar ik zou slapen die nacht. Afgesproken was dat ik om 16.00 uur opgehaald zou worden voor de kathedraal. Dat gebeurde ook, een kwartiertje later waarin ik me natuurlijk al begon af te vragen wat nu? Maar het kwam helemaal goed. Een aardige mevrouw en mijnheer in een auto vroegen of ik Theo was en daar gingen we. 3 km buiten Bazas naar hun oude, mooi gerestaureerde watermolen. Le Petit Moulin. Geweldige kamer, helemaal stilte, geweldige gastvrijheid. Zij werkte in het onderwijs en hij was econoom bij de Parijse Politie. Hij rookt ook pijp dat riep meteen herinneringen aan Maigret op. Beiden zijn nu met pensioen en hebben het daar mooi voor elkaar. De volgende morgen werd ik keurig weer voor de kathedraal afgezet om mijn weg te vervolgen. Bazas is altijd een belangrijke etappeplaats geweest op de weg naar Santiago de Compostela. In de middeleeuwen moest de rivier de Garonne overgestoken worden met behulp van schippers, die niet altijd even betrouwbaar waren. Ook kon men door de rivier wasen wanneer het water laag stond. Daarna kwamen pelgrms in de regio rond Bazs, na een tocht van ongeveer 25 km. Door het glooiende land ontdekten zij het toen 1000 jaar oude stadje, gebouwd rond de kathedraal. Hier moest men wel stoppen omdat daar de overblijfselen van Johannes de Doper bewaard worden.
Bazas heeft een prachtige kathedraal met een mooi plein er voor. De aankomst is al geweldig door de ligging van de stad naast een dal. Ik keek er dus meteen tegenaan, heel geweldig.

De tocht ging verder door het laatste stukje van het departement Gironde en vervolgens door Les Landes. Eindeloze rechte paden over oude spoorbanen door eveneens eindeloze bossen. Eentonig maar ik voel me in het bos geweldig, dat is altijd al zo geweest en het zal er wel mee te maken hebben dat ik in het bos geboren ben. Veel reeën gezien en slangen en deze dag hoorde ik voor het eerst de cigalles die mij zeer aan L'escride deden denken. Ik kwam terecht in een gehucht Le Billon ongeveer 7 km na Captieux. Helemaal alleen in de bossen, geen verkeer, geen lawaai, heerlijk.
Die mevrouw in Le Billon had net zo'n moestuin in het bos als mijn oma in Eefde had, het was alsof ik 50 jaar terug keek. De ongelijke paden, stenen en kuilen zijn een aanslag op mijn enkels en voeten, ik moet voortdurend kijken waar ik mijn voeten neerzet en dat maakt het lopen er niet gemakkelijker op.

Ook de volgende dag naar Roquefort was het parcours hetzelfde, oude spoorbanen, vooral rechte wegen en bos, bos en nog eens bos. Dat leidde er toe dat ik zo opging in dat alles dat ik verkeerd ben gelopen en zeker 8 km meer heb moeten lopen om op de plaats van bestemming te komen. In Roquefort kom ik voor het eerts in een Refuge die gratis is, van gemeentewege.

Daar heb ik vervolgens nog een rustdag genomen en 's-avonds naar die ellendige voetbalwedstrijd gekeken. Naar mijn opvatting heeft Nederland de uitschakeling helemaal aan zichzelf te wijten. Veel te hard spel (ook al in eerdere wedstrijden) en geen doelpunten kunnen maken en daar gaat het toch om. De scheidsrechter was vermakelijk.

In de etappe naar Bazas kwam ik onderweg een 72 jarige duitser tegen waar ik een kwartiertje mee op liep. In dat kwartier heeft hij mij zijn hele leven verteld en ik weet zelf waar hij zijn pensioen van krijgt. We kwamen bij een kerk en hij gaf aan daar naar toe te willen maar toen op het laatste moment kwam toch nog de vraag waarom ik deze wandeling maakte, hij keek mij aan en zij vervlogens geschrokken - oh, maar u draagt een davidsster, dat past toch niet? Hij wachtte het antwoord van mij niet af en liep de kerk in.

Vandaag naar Mont de Marsan een wat grotere plaats. De toegangswegen doen een beetje Amerikaans aan, verder was het vooral weer veel bos die 29 km naar hier.

Lopen is geweldig, als dat nog niet uit mijn verhalen gebleken mocht zijn. Maar dat het zo veel pijn kan doen heb ik mij nooit gerealiseerd. Nou ging ik natuurlijk met niet al te veel ervaring op pad. De Apeldoornse vierdaagse die ik samen mat Jan liep was maar 4 x 30 km en wat trainingsrondjes over het eiland. Nu is er elke dag wel ergens pijn, soms erg, soms minder erg en met wat creme en wat pijnstillers kom ik een heel eind. Meestal gaat het ook gewoon weer over, gewoon doorlopen dus.

Ik schreef al eens, ik loop een tocht langs kerken. Vaak mooie historische gebouwen. Ook kwam ik in kloosters om er uit te rusten en te eten. Het geloof speelt voor veel mensen die deze tocht maken een belangrijke rol. Soms zijn er mensen die me geld mee willen geven om in Santiago een kaars voor hen op te steken. Anderen vragen om daar voor hen te bidden. Jullie kennen mijn motivatie dus daar ga ik niet op in, wat soms niet begrepen wordt.
Toch zijn veel kerken verwaarloosd en vervallen. Behoudens een communie die ik tegenkwam in Issoudun, zie ik alleen ouderen naar de kerk gaan. Van de nonnen hoorde ik dat er niet of nauwelijks meisjes non willen worden of jongens priester. De kerk van Rome zal dus moeten moderniseren. De anti - Da Vinci Code pamfetten die je overal in de kerken ziet liggen, helpen daar naar mijn idee niet bij. Dan Brown schreef gewoon een mooi boek en mensen bepalen zelf wel wat ze er wel en niet van geloven. Het instituut kerk heeft naar mijn idee op deze manier een bescheiden toekomst. Het geloof van mensen is heel iets anders.

Zo, genoeg voor vandaag, ik ga een pression drinken. De laatste dagen smaakte de Confit de Canard geweldig, kijken wat het vanavond gaat worden.

Groet,
Theo

boven

Salies de Bearn, 30 juni 2006
Etappe 15

Nog 50 km naar de Spaanse grens. Ik ben op de helft van de route. Dat is voor mijn gevoel een belangrijke mijmpaal. Inmiddels dus meer dan 850 km gelopen. Deze week veel regen en onweer, zowel 's-nachts als overdag. Bovendien natuurlijk altijd zwaar bewolkt en drukkend warm.

In Mont de Marsan heb ik gegeten met Thijs uit Maastricht. Hij loopt met een karretje achter zich aan waarin hij nog al wat vervoert, zoals een accordeon waarmee hij op straat en waar dan ook muziek maakt, een tent met toebehoren en een videocamera waarmee hij voor de website van de NCRV opnames maakt. Hij loopt vanaf Maastricht maar gaat nu naar de kust om de noordelijke route in Spanje te lopen en in Leon weer op de Camino Frances te komen. We hebben gezellig zitten kletsen in een Italiaans restaurant waar het wat ons betreft net iets te netjes was om echt gezellig te zijn.

In Saint Sever waren er deze week allerlei feesten, reden waarom de plaatselijke refugio gesloten was. Jammer want Les Landes heeft het juist allemaal goed geregeld op dat vlak. Er bleef niets anders over dan een goedkoop hotelletje waar ik wel naar Frankrijk tegen Spanje heb kunnen kijken.
Het landschap wordt weer wat meer heuvelachtig met flinke klimmetjes er in. Inmiddels ben ik in het laatste Franse Departement aangekomen, Pyrenees Atlantiques. Eergisteren ontmoette ik Louis uit Hardegarijp. Hij vertrok op 4 april uit St. Jacobiparochie en is uiteraard herkenbaar aan een Friese vaan aan zijn rugzak.

In Hagetmau sliep ik in het gemeentelijk onderkomen voor pelgrims in een grote warme tent op de camping, samen met een fransman Guy en de belg Ludo uit Mol. Deze mensen lopen echter voor mij allemaal te hard en maken meer kilometers per dag. Wat mij betreft blijft er dan te weinig over om van te genieten.

Gisteren kwam ik aan in Orthez. Een mooie stad tegen een helling aan en aan een rivier. Ginette en Bernard waarmee ik in het begin heb gelopen, wonen hier en hadden mij bij hen thuis uitgenodigd te overnachten. Ze wonen hoog in een prachtig huis met een grote tuin met zwembad en een schitterend uitzicht op de Pyreneen in de verte. Ze hebben me echt verwent met heerlijk eten en drinken en een schitterende slaapkamer.
Vlak voor dat ik bij hen aankwam kon ik telefonisch Kobi en Peter feliciteren, dat vond ik heel fijn want ik vond het jammer dat ik niet bij hun feest kon zijn.

Vandaag ben ik van Orthez naar Salies de Bearn gelopen, dat is maar 19 km. Hier ben ik op een camping die al 27 jaar gerund wordt door Nederlanders, ik wist dat niet. Ik deze camping, vanwege de verhuur van appartementjes en de aanwezigheid van een zwembad, uitgekozen. Zondag komt Wilma hier ook en daar verheug ik mij erg op want zij heeft het druk in haar ééntje thuis en alle aandacht gaat naar mij uit. Het is dus goed dat we eens even samen zijn. We kunnen hier tot volgende week vrijdag blijven. Zonder rustdagen heb ik daarna nog ongeveer 40 dagen nodig om in Santiago te komen.

Ik vind het nog steeds geweldig, al die reacties in het gastenboek. Ik kan echter zelden reageren vanuit het gastenboek omdat de programma's op de franse computers daar vaak niet voor geschikt zijn. Het is overigens al een hele kunst om hier te typen omdat ook de toetsenborden anders zijn als bij ons maar het begint al aardig te wennen. Dat ik niet persoonlijk reageer wil dus niet zeggen dat ik het niet leuk vind, integendeel.

Deze reis, deze wandeltocht verandert mijn leven. Dat zij ik voor dat ik vertrok, dat zeg ik nu onderweg en waarschijnlijk zeg ik dat ook als alles achter de rug is.
Een aantal aspecten spelen een rol, nooit eerder maakte ik een voetreis, nooit eerder was ik zo lang van huis, nooit eerder was ik zonder hen die ik lief heb behalve Mirte en Pepijn. Nooit eerder ondernam ik zo iets ingrijpends, zo iets uitzonderlijks. Daar voor wordt vaak gekeken naar hogere machten, naar wonderen maar dat is in dit geval niet nodig. Het uitzonderlijke zit in mij, in de weg van gewone mensen die doen wat ze willen. De tocht is een kwelling als ik alleen maar aan wil komen. Ik zoek en geniet van en naar avontuur. Paulo Coelho schrijft er over in zijn boek "De weg naar het zwaard " Hij spreekt over het strijden van de goede strijd en ik herken daar veel in. Dromen, idealen, overtuigingen, ze zijn het waard om voor te strijden. Het is daarbij niet zo zeer van belang om gelijk te hebben of de waarheid in pacht te hebben maar veel meer om op te komen voor de dromen, de idealen etc. De goede strijd is die welke je voert omdat je hart je die ingeeft.

Tot de volgende keer,
Groet,
Theo

boven